Fictief Kortverhaal - Mosgroen

Al van ver hoorde ik de sirene. Maar het duurde niet lang voordat ik ook de rode lichten alarmerend zag flikkeren. Hun weerkaatsing tegen de witte betonnen muur van het gebouw aan de overkant, bezorgde me rillingen. Vanuit mijn kamer op de derde verdieping kon ik nog net zien hoe ze de enige opening in de muur binnenreden, waar met grote rode lichtgevende letters SPOED stond boven geschreven. Allerlei rampscenario’s passeerden de revue, maar het besef drong tot me door dat ik waarschijnlijk nooit méér zou weten. Misschien beter zo, ik had genoeg aan mijn eigen kwaad. De witte betonnen muur had geen ramen. Ik vermoedde dat ze hiermee pottenkijkers op afstand wilden houden. Ik had dus geen andere keuze dan verder te staren naar de troosteloosheid van de parking. Een honderdtal gelijke, afgelijnde grijze vakjes. Meer was er van hieruit niet te zien. Eerder die dag waren alle vakjes gevuld geweest. Nu waren ze, op hier en daar een vakje na, allemaal leeg. Ook onze Ford Gal...